Deze maand zetten we opnieuw een boeiende soort in de kijker: de vleermuis. In onze contreien komen een twintigtal vleermuissoorten voor. We willen er daarom niet zomaar één soort uitlichten; ze zijn immers allemaal interessant, belangrijk én bedreigd.
Vleermuizen hebben een slechte reputatie. Velen onder ons associëren vleermuizen met enge verhalen over heksen en vampiers. Met Halloween decoreren we onze huizen met vleermuissilhouetten. Nadat de vleermuis in beeld kwam bij de verspreiding van Covid-19 kwam de soort ten onrechte in slecht daglicht te staan. Plots werd ze aanschouwd als een gevaarlijke ziekteverwekker. De angst voor vleermuizen is echter onterecht. Akkoord, het is geen goed idee om een vleermuis te vangen om ermee te knuffelen. Maar als we de basishygiëne in acht nemen bij de omgang met dit wild dier hoeven we ons geen zorgen te maken. Vleermuizen zijn onze bondgenoten. Ze houden net als mensen vooral van zwoele zomeravonden; terwijl wij genieten van een hapje en een drankje op ons terras, zijn zij volop aan het werk om muggen en vliegen te vangen.
Wereldwijd vindt men zo'n 1400 verschillende vleermuissoorten. Sommigen eten fruit en nectar, anderen insecten, vis, vlees of bloed. Wat ze allemaal gemeen hebben is dat ze kunnen vliegen met hun handen; hun vlieghuid zit namelijk gespannen tussen hun extreem lange vingers. Om te kunnen vliegen verbuiken ze erg veel energie en deze verkrijgen ze door erorm grote hoeveelheden insecten te eten. Zo dragen ze bij tot een evenwichtig biodivers ecosysteem en voorkomen ze het ontstaan van zogenaamde 'pestsoorten'.
Een vleermuismoeder krijgt slechts één jong per jaar, hoogst uitzonderlijk eens een tweeling. Ze hebben dus niets gemeen met echte muizen die om de paar maanden een nest van tien jongen grootbrengen. Terwijl een doorsnee muis gemiddeld één jaar oud wordt, worden vleermuizen gemiddeld tien jaar. Tijdens hun leven leggen ze jaarlijks grote afstanden af tussen hun winterverblijven en zomerkolonies. Die tocht is een grote uitdaging. Er zijn de natuurlijke predatoren zoals uilen die wel een vleermuis lusten, maar een belangrijke vijand is de mens. We maken het onze fladderende vrienden bijzonder moeilijk: verkeer, vergiftiging door pesticiden, vernieling van leefgebied, ondoordachte renovaties, toenemende lichtvervuiling en zo veel meer andere zaken vormen een grote bedreiging over hun overleving.
Bij Regionaal Landschap Noord-Hageland kiezen we ervoor om vleermuizen te koesteren. In samenwerking met het Agentschap voor Natuur en Bos, Provincie Vlaams-Brabant en het Montfortcollege in Rotselaar hebben we dit jaar een belangrijke winterverblijfplaats in de regio heringericht. Het gaat om een overblijfsel van een middeleeuwse abdij waar jaarlijks tientallen vleermuizen overwinteren. Om het gebouw te vrijwaren van verstoring door ongewenste gasten werd een grote poort geïnstalleerd en een bijkomende deuropening afgedekt. Hiervoor kozen we om te werken met een staalplaat met uitsnedes voor de vleermuizen (zie foto). Ze werd ontworpen samen met de leerlingen van het college. Enkele kleinere raamopeningen in het gebouw werden ontoegankelijk gemaakt. Alles gebeurde met de grootste zorg zodat geen enkele steen van dit belangrijk stukje erfgoed beschadigd werd.
Heb je zelf vragen, bemerkingen of ideeën over de bescherming van vleermuizen in Noord-Hageland? Aarzel dan niet om ons te contacteren!